Met het behalen van de bronzen medaille op de meerkamp tijdens de WK in Moskou heeft de pas 21-jarige Dafne Schippers een topprestatie neergezet. De laatste drie jaar bestormt ze de internationale top op indrukwekkende wijze. De meerkamp is een moeilijke discipline, waar je over twee dagen verdeeld moet presteren op zeven verschillende onderdelen. Hoe zwaar een meerkamp is beschrijft Schippers aan de hand van haar bronzen wedstrijd in Moskou.
Op de eerste dag worden vier onderdelen afgewerkt. Begonnen wordt met de 100 meter horden, daarna volgt het hoogspringen. Dan het kogelstoten om vervolgens af te sluiten met de 200 meter sprint. “De 100 meter horden was wel redelijk”, vertelt Schippers.
“Dit seizoen was ik al twee keer tijdens een wedstrijd gevallen over de horden, omdat ik veel meer snelheid heb dan voorheen. Dat wilde ik voorkomen op de WK. Ik probeerde mijn race technisch goed te lopen en dat lukte.”
Knieklachten
“Het hoogspringen was voor mijn doen goed. Tijdens de laatste poging op 1,77 meter kreeg ik last van mijn knie, een terugkerend probleem. Het springen op 1,80 meter werd daardoor erg lastig, maar het was goed genoeg.”
“Doordat ik last van mijn knie kreeg bij het hoogspringen, lukte het bij het kogelstoten niet om vanuit een diepe kniebuiging af te zetten. Ik weet dat er veel meer in zat. De 200 meter was prima. Niet heel bijzonder, wel goed voor mijn puntentotaal.”
Aan het eind van de eerste dag wordt de balans opgemaakt, Dafne staat tweede. “Bij het hoogspringen verlies ik altijd op de rest, maar als ik bijvoorbeeld 1,77 spring, heb ik ten opzichte van mijzelf niets verloren. Daarom kijk ik niet echt naar de posities na ieder onderdeel, maar meer naar mijn eigen onderdelen en punten. Na dag 1 is het vooral zaak snel naar bed te gaan. Ik denk er niet veel meer over na. Ik praat erover met mijn ouders en coach, maar vooral niet te veel.”
Dag 2
Op de tweede dag staan nog drie onderdelen op het programma: verspringen, speerwerpen en de 800 meter. “Dag twee is een nieuwe dag en je staat weer op nul. Er kan weer van alles gebeuren. Daar heb je invloed op en niet op wat er de dag ervoor is gebeurd.
Het verspringen ging minder goed dan ik had verwacht. De laatste tijd lukte dat juist prima. Ik had niet veel last van mijn knie. Ik weet niet waaraan het lag, dat moet ik nog evalueren. Het speerwerpen ging prima, drie keer over de 40 meter is goed.”
De afsluitende 800 meter
Na zes onderdelen staat Schippers op een derde plaats. Om die plek te behouden mag ze niet meer dan 3,3 seconden verliezen op de Duitse Claudia Rath. “Ik wist dat ik echt heel hard moest lopen om een kans te maken op een medaille. Ik vocht voor wat ik waard was. Na de snelle eerste ronde zette de Duitse een aanval in. Ik moest volgen. Het laatste stuk had ik nog een sprint, voor mijn gevoel gingen mijn armen en benen alle kanten op.”
“Ik viel over de finish, omdat ik geen stap meer kon zetten. Het lopen van een 800 meter doet echt heel veel pijn en dan kun je op dat moment aan niets anders denken. Ik zag op het scherm dat het iets van twee seconden scheelde met Rath. Ik was zo ontzettend blij.” Echt genieten kan Schippers niet direct na de wedstrijd, vanwege de pijn. Na een kleine vakantie kijkt ze er nu vol trots op terug.
Geschreven voor Lopend Vuur van NOC*NSF.
Geef een reactie
Je moet ingelogd zijn op om een reactie te plaatsen.